Categorie: Arbeidsrecht

echtscheiding grond voor opzeggen arbeidsovereenkomst?

Opzegging arbeidsovereenkomst met werknemer omdat ze gaat scheiden van DGA van het bedrijf. Is opzegging gegrond?

Rechtbank overweegt als volgt:

De vraag die  aan de orde komt is die van een rechtmatige opzegging. De kantonrechter kan hier kort zijn. In de brief van 25 oktober 2015 geeft werkgever als grond voor de opzegging de voorgenomen echtscheiding met de directeur/groot aandeelhouder en het als gevolg daarvan bestaan van een onwerkbare situatie. Werkneemster heeft echter niet ingestemd met de opzegging. In de onderhavige procedure is geen zelfstandig, eventueel voorwaardelijk, verzoek tot beëindiging van de arbeidsovereenkomst ingediend zodat de vraag naar de aanwezigheid van een ontslaggrond niet aan de orde is gekomen. Daarom is het bestaan van een ontslaggrond niet vast komen te staan en is de opzegging onrechtmatig.

Werkgever stelt vervolgens nog dat werknemer niet tijdig de nietigheid van het gegeven ontslag heeft ingeroepen gelet op de vervaltermijn van twee maanden. Ingevolge 7:686 BW geldt een vervaltermijn van twee maanden nadat de arbeidsovereenkomst is geëindigd. Nu de opzegging is geschied tegen 31 december 2015 is werknemer tijdig opgekomen tegen de opzegging.

Rb vernietigt opzegging

De opzegging van de arbeidsovereenkomst zal als zijnde onrechtmatig worden vernietigd en werkgever wordt veroordeeld tot doorbetaling van het loon zoals verzocht, inclusief de wettelijke verhoging.

Kortom, echtscheiding werknemer en DGA is geen grond voor opzegging van de arbeidsovereenkomst.

Facebooktwittermail
VZB-Advocaten-aansprakelijkheid-werkgever-advocaat-hoorn-Volendam

Aansprakelijkheid werkgever val in douche

Bewijslast rust op werkgever

Casus: Werknemer is uitgegleden in de doucheruimte van een tennisclub bij de uitoefening van zijn werkzaamheden. Niet is komen vast te staan wat de oorzaak van het ongeval is geweest.

De onduidelijkheid omtrent de toedracht van het ongeval betekent dat er een ruimere bewijslast voor werkgever geldt ten aanzien van de vraag of zij heeft voldaan aan alle op haar rustende verplichtingen om dit specifieke ongeval te voorkomen. Werkgever  stelt aan haar zorgplicht te hebben voldaan nu de vloer was voorzien van een antislip-laag. Zonder nadere toelichting valt niet in te zien waarom werkgever niet heeft voorzien in veiligheidsschoenen voor werknemer. Voorts is verzuimd veiligheidsinstructies te geven voor de werkzaamheden. Dat werknemer al vier jaar werkzaam was en dus bekend was met het werken en lopen op de natte vloer in de doucheruimte maakte niet uit.

Rekening moet worden gehouden met het feit dat het regelmatig werken in een bepaalde werksituatie ertoe kan leiden dat een werknemer minder voorzichtig is dan raadzaam is.

Werkgever is er niet in geslaagd te bewijzen dat zij aan haar zorgplicht heeft voldaan en is aansprakelijk op grond van art. 7:658 BW.

Facebooktwittermail